Na het verwoestende verlies van zijn vrouw Sarah, had de verteller nooit verwacht ooit nog liefde te vinden. Toch kwam Amelia zijn leven binnen met vriendelijkheid en geduld, en al snel raakte ze verbonden met zijn vijfjarige dochter, Sophie. Amelia’s warmte en haar vermogen om contact te maken met het meisje brachten troost, en al snel verhuisden de drie naar Amelia’s geërfde huis, hopend op een nieuw begin. Toen de verteller op zakenreis moest, voelde hij zich ongemakkelijk om hen achter te laten, maar Amelia en Sophie stelden hem gerust, enthousiast over hun aankomende “meisjestijd,” compleet met nagellak en gelach.
Toen hij echter terugkwam, werd zijn vreugde al snel verstoord. Sophie klampte zich aan hem vast, haar ogen vol tranen, terwijl ze bekende dat Amelia “anders” en “gemeen” was geweest terwijl hij weg was. Ze beschreef hoe Amelia zich op de zolder opsloot, vreemde geluiden maakte en strenger was dan normaal—ze dwong Sophie haar kamer alleen schoon te maken en weigerde haar traktaties. Het hart van de verteller zonk in elkaar, overweldigd door de angst dat hij een enorme fout had gemaakt door opnieuw te trouwen en Sophie’s geluk in gevaar te brengen.
Die nacht, niet in staat om te rusten, volgde de verteller Amelia toen ze naar de zolder sloop. Hij zag hoe ze de deur op slot deed en naar binnen glipte, en vervolgens volgde hij haar. Tot zijn verbazing was de zolder geen geheim hol, maar een magische speelkamer, gevuld met kleurrijke versieringen, speelgoed en doordachte details voor Sophie. De verrassing verklaarde Amelia’s geheimzinnigheid, maar de verteller maakte zich nog steeds zorgen over haar strenge gedrag terwijl hij weg was.
Confronterend brak Amelia in tranen uit en gaf toe dat ze worstelde met de druk om een goede moeder te zijn. In haar wanhoop had ze onbewust haar opvoeding gemodelleerd naar haar eigen strenge en veeleisende moeder. Ze bekende dat ze te veel had gefocust op het creëren van de perfecte ruimte voor Sophie, en te weinig op de simpele daden van liefde en zorg die echt belangrijk waren. Met tranen in haar ogen erkende Amelia haar fouten en beloofde ze het beter te doen.
De volgende avond leidde Amelia, met de verteller aan haar zijde, Sophie naar de zolder en onthulde de prachtige speelkamer. Voor het kleine meisje knielend, bood ze haar excuses aan voor haar onvriendelijkheid en legde uit dat ze uit het oog was verloren wat het belangrijkste was. Sophie’s aanvankelijke terughoudendheid smolt al snel weg in vreugde toen ze besefte dat de verrassing helemaal voor haar was. Samen deelden ze warme chocolademelk en koekjes, waarbij de kamer gevuld werd met gelach. De twijfels van de verteller verdwenen toen hij het geluk van zijn dochter zag, en besefte dat Amelia helemaal niet “eng” was—ze was liefdevol, menselijk en, bovenal, de juiste partner om een nieuw gezin mee op te bouwen.