Een echtpaar, beiden met dwerggroei, besloot kinderen te krijgen, ondanks het hoge risico dat hun kind de aandoening zou erven. Tegen de waarschuwingen van artsen in verwelkomden ze twee biologische kinderen en adopteerden ze er nog drie uit Rusland, Korea en China. Vandaag de dag dragen zij de titel van ’s werelds grootste gezin van kleine mensen. De familie Johnston is een buitengewone Amerikaanse familie waarin alle zeven leden lijden aan achondroplasie, een zeldzame genetische aandoening die de groei beïnvloedt.
Deze aandoening leidt tot onevenredig korte ledematen, terwijl alle gezinsleden normale torsos en hoofden hebben. De Johnstons zijn momenteel het grootste gezin van kleine mensen ter wereld.
Het gezin bestaat uit twee ouders, Trent en Amber, die beiden achondroplasie hebben. Ze zijn bijna 26 jaar getrouwd, en ondanks hun unieke situatie aarzelden ze aanvankelijk om kinderen te krijgen.
Toen Amber begon te dromen van het moederschap, stond ze voor het risico de aandoening door te geven, met een kans van 50% dat hun kind het zou erven. Toch gingen ze ervoor en kregen ze twee biologische kinderen, John en Elizabeth. Na twee succesvolle zwangerschappen en de geboorte van hun kinderen wilden Trent en Amber hun gezin uitbreiden, maar maakten ze zich zorgen over de risico’s van verdere zwangerschappen.
Daarom kozen ze ervoor om te adopteren. Hun gezin groeide met drie geadopteerde kinderen: Anna uit Rusland, Alex uit Zuid-Korea en Emma uit China. Het adoptieproces verliep relatief eenvoudig, omdat dwerggroei in sommige landen vaak als een ongewenste aandoening wordt gezien.
“Wij waren vastbesloten onze kinderen te leren zich aan te passen aan de wereld om hen heen,” zegt Amber. “Zodat ze vanuit hun kleine huis de grote wereld in kunnen stappen en alles kunnen bereiken wat ze willen.”